Georgië. Zomervakantie 2021
Tijdens onze fietsvakantie in Nederland in de meivakantie kampeerden we meestal ‘bij de boer’. We dubden over wat te doen in de zomervakantie. We kozen ervoor om naar Georgië te gaan tijdens deze tweede ‘corona-zomer’. Georgië had code oranje, maar aangezien we 6 weken zomervakantie hebben calculeerden we een week quarantaine in, bovenop 5 weken fietsen. Het voelde voor ons beter om daar heen te gaan, daar waar we kunnen wildkamperen en puur op onszelf zijn aangewezen. Beter dan op de drukke fietspaden in Nederland (of Europa) en op campings met gedeeld sanitair. Ieder zijn keuze, maar dit voelde voor ons als een goed afgewogen keuze. En daarnaast keken we ook wel uit naar een beetje avontuur!
Op onze grote reis waren we al in Georgië geweest, dus we wisten wat we konden verwachten. Toen, in 2015, hadden we pech met een van de fietsen zodat we maar een klein gedeelte van Georgië hebben gezien. Tijd dus om het andere deel te ontdekken. We hoefden niet perse toeristische highlights te zien, dus ons idee was; gewoon fietsen, kamperen, ‘eruit zijn’, genieten van het landschap en de sportieve uitdaging van de bergen én de wegen. En zo pakte de vakantie ook uit. We hebben veel wildgekampeerd en er waren dagen dat we haast niemand tegenkwamen. Ondanks dat we letterlijk en figuurlijk afstand hielden van de bevolking, maakten we wel kennis met de vriendelijkheid van de bevolking.
We vlogen rechtstreeks van Amsterdam naar Tbilisi met Georgian Airways. Normaal verpakken we de fietsen in een hoes, maar deze keer was een fietsdoos vereist. We hadden geregeld dat de dozen in een hotelletje in Tbilisi konden blijven staan, dus voor de terugvlucht konden we dezelfde dozen weer gebruiken.
Om Georgië in te komen was een bewijs van Corona vaccinatie voldoende. De vlucht en de aankomst verliepen prima.
Op onze grote reis waren we al in Georgië geweest, dus we wisten wat we konden verwachten. Toen, in 2015, hadden we pech met een van de fietsen zodat we maar een klein gedeelte van Georgië hebben gezien. Tijd dus om het andere deel te ontdekken. We hoefden niet perse toeristische highlights te zien, dus ons idee was; gewoon fietsen, kamperen, ‘eruit zijn’, genieten van het landschap en de sportieve uitdaging van de bergen én de wegen. En zo pakte de vakantie ook uit. We hebben veel wildgekampeerd en er waren dagen dat we haast niemand tegenkwamen. Ondanks dat we letterlijk en figuurlijk afstand hielden van de bevolking, maakten we wel kennis met de vriendelijkheid van de bevolking.
We vlogen rechtstreeks van Amsterdam naar Tbilisi met Georgian Airways. Normaal verpakken we de fietsen in een hoes, maar deze keer was een fietsdoos vereist. We hadden geregeld dat de dozen in een hotelletje in Tbilisi konden blijven staan, dus voor de terugvlucht konden we dezelfde dozen weer gebruiken.
Om Georgië in te komen was een bewijs van Corona vaccinatie voldoende. De vlucht en de aankomst verliepen prima.
Tbilisi - Manglisi - Nardevanis - Tabatskuri
Na twee nachten in Tbilisi, lekker uit eten en het in orde maken van de fietsen, fietsen we Tbilisi uit via Manglisi. Klaar voor een wat primitiever leven: wildkamperen en zelf koken! Van onze eerdere reis in Georgië wisten we dat het lastig is om deze metropool (meer dan 1 miljoen inwoners) uit te komen en grote vierbaans snelwegen te vermijden. Via Manglisi lukte dat gelukkig wel. De eerste dag was het wel meteen volop klimmen. De eerste kilometers in de stad, daarna nog langs een drukke weg. Maar eenmaal aangekomen op de rustige wegen was het heerlijk fietsen.
Na twee nachten in Tbilisi, lekker uit eten en het in orde maken van de fietsen, fietsen we Tbilisi uit via Manglisi. Klaar voor een wat primitiever leven: wildkamperen en zelf koken! Van onze eerdere reis in Georgië wisten we dat het lastig is om deze metropool (meer dan 1 miljoen inwoners) uit te komen en grote vierbaans snelwegen te vermijden. Via Manglisi lukte dat gelukkig wel. De eerste dag was het wel meteen volop klimmen. De eerste kilometers in de stad, daarna nog langs een drukke weg. Maar eenmaal aangekomen op de rustige wegen was het heerlijk fietsen.
Aangekomen in Manglisi herkenden we het meteen van 6 jaar geleden. We fietsen op de automatische piloot naar het fonteintje bij het park en bij een kraampje deed H. de boodschappen. Ook kochten we onze favoriete koekjes die overal in centraal Azië te koop zijn; alle herinneringen van Kirgizië, Tadjikistan, Armenië en Georgië kwamen weer boven.
We proberen zoveel mogelijk rustige wegen te vinden. Maar de kaart en de GPS zijn de theorie, die niet altijd strookt met de praktijk. Wat op de kaart én GPS een mooie route leek naar Bordjzomi was een mooie asfaltweg, die naar een fabriek leidde. Nergens ook maar een aanwijzing dat de weg dood liep. Dat betekende terugfietsen en over onverharde wegen, dwars door het Ktsia-Tabatskuri park. Bij de doodlopende weg kwamen we een lieve hond tegen die drie dagen met ons is meegelopen. Hij sliep ‘s nachts voor de tent. Heel lief, maar hij liep overdag toch wat in de weg, bijvoorbeeld als er andere honden aankwamen die ons aanvielen. De ene keer hield hij ze op afstand of ging met ze vechten, de andere keer bleef hij dicht bij ons en liep dan net voor de fiets.
Het Ktsia-Tabatskuri park is een rustig park met weinig verkeer en genoeg plaatsen om de tent op te zetten met een uitzicht op het Ktsia-Tabatskuri meer. Op 2.350 meter hadden we een mooi uitzicht over de vallei. Het afdalen ging echter niet zo snel op de onverharde weg. Zo rustig als het park was, zo druk was Bakoeriani. Een toeristisch ski-oord met veel restaurants en hotelletjes.
We proberen zoveel mogelijk rustige wegen te vinden. Maar de kaart en de GPS zijn de theorie, die niet altijd strookt met de praktijk. Wat op de kaart én GPS een mooie route leek naar Bordjzomi was een mooie asfaltweg, die naar een fabriek leidde. Nergens ook maar een aanwijzing dat de weg dood liep. Dat betekende terugfietsen en over onverharde wegen, dwars door het Ktsia-Tabatskuri park. Bij de doodlopende weg kwamen we een lieve hond tegen die drie dagen met ons is meegelopen. Hij sliep ‘s nachts voor de tent. Heel lief, maar hij liep overdag toch wat in de weg, bijvoorbeeld als er andere honden aankwamen die ons aanvielen. De ene keer hield hij ze op afstand of ging met ze vechten, de andere keer bleef hij dicht bij ons en liep dan net voor de fiets.
Het Ktsia-Tabatskuri park is een rustig park met weinig verkeer en genoeg plaatsen om de tent op te zetten met een uitzicht op het Ktsia-Tabatskuri meer. Op 2.350 meter hadden we een mooi uitzicht over de vallei. Het afdalen ging echter niet zo snel op de onverharde weg. Zo rustig als het park was, zo druk was Bakoeriani. Een toeristisch ski-oord met veel restaurants en hotelletjes.
Bordzjomi - Tsipa - Puti - Mitsatsiteli - Didi Tchiko
De afdaling over de asfaltweg naar Bordzjomi was een verademing. Nabij Bordzjomi kampeerden we op een skipiste…. plek genoeg! Na Bordzjomi was even de tanden op elkaar langs een drukke weg, maar na Chasioeri kwamen we weer op de rustige wegen uit. We volgden een spoorweg die dwars door de natuur was aangelegd. Met tunnels en spoorbruggen had de mens de natuur naar zijn hand gezet. Via Charagaoeli en Zestaponi en met een grote bocht om Kutaisi fietsen we verder naar het westen.
In Mitsatsiteli vonden we een kampeerplek uit het zicht, 500 meter van de weg af. Na het eten werden we gespot door een herder die van een afstand naar ons zwaaide. Om 19.45 kregen we bezoek van een politieagent. Hij liet ons een afbeelding zien van een wolf en belde iemand op die Engels sprak. We begrepen dat we alles moesten inpakken omdat het gevaarlijk zou zijn op die plek te blijven omdat er wolven zouden zitten. Onder toeziend oog van de agent pakten we alles in en reden achter hem aan naar het politiebureau. Daar konden we in ‘de tuin’ (lees: beton) kamperen of op een stukje gras naast het politiebureau (maar aan de snelweg richting Kutaisi). Dat zagen we niet echt zitten. Op google vonden we een hotelletje en achter de politieauto reden we in het donker naar dit primitieve weghotelletje. Van de agent kregen we nog wat cadeau: een 3 liter fles wijn, een liter sterke drank en een meloen. Tja.. aardig bedoeld maar wat doe je daarmee om 23u in de avond wanneer je om 8u in de ochtend weer wilt gaan fietsen? Een halve meloen opgegeten en de rest (inclusief de drank) afgegeven aan de hoteleigenaar.
De dag erna waren we toch wat huiverig om wild te kamperen, door de wolven. We vonden een plek bij een aardig gezin in de tuin. Na deze veilige nacht verdwenen onze zorgen. We hebben daarna steeds wild gekampeerd en geen politie of wolf meer gezien.
De afdaling over de asfaltweg naar Bordzjomi was een verademing. Nabij Bordzjomi kampeerden we op een skipiste…. plek genoeg! Na Bordzjomi was even de tanden op elkaar langs een drukke weg, maar na Chasioeri kwamen we weer op de rustige wegen uit. We volgden een spoorweg die dwars door de natuur was aangelegd. Met tunnels en spoorbruggen had de mens de natuur naar zijn hand gezet. Via Charagaoeli en Zestaponi en met een grote bocht om Kutaisi fietsen we verder naar het westen.
In Mitsatsiteli vonden we een kampeerplek uit het zicht, 500 meter van de weg af. Na het eten werden we gespot door een herder die van een afstand naar ons zwaaide. Om 19.45 kregen we bezoek van een politieagent. Hij liet ons een afbeelding zien van een wolf en belde iemand op die Engels sprak. We begrepen dat we alles moesten inpakken omdat het gevaarlijk zou zijn op die plek te blijven omdat er wolven zouden zitten. Onder toeziend oog van de agent pakten we alles in en reden achter hem aan naar het politiebureau. Daar konden we in ‘de tuin’ (lees: beton) kamperen of op een stukje gras naast het politiebureau (maar aan de snelweg richting Kutaisi). Dat zagen we niet echt zitten. Op google vonden we een hotelletje en achter de politieauto reden we in het donker naar dit primitieve weghotelletje. Van de agent kregen we nog wat cadeau: een 3 liter fles wijn, een liter sterke drank en een meloen. Tja.. aardig bedoeld maar wat doe je daarmee om 23u in de avond wanneer je om 8u in de ochtend weer wilt gaan fietsen? Een halve meloen opgegeten en de rest (inclusief de drank) afgegeven aan de hoteleigenaar.
De dag erna waren we toch wat huiverig om wild te kamperen, door de wolven. We vonden een plek bij een aardig gezin in de tuin. Na deze veilige nacht verdwenen onze zorgen. We hebben daarna steeds wild gekampeerd en geen politie of wolf meer gezien.
Zeda Lia – Lakhamula – Mestia – Ushguli - Mele
In Zeda Lia begonnen we aan de klim naar Mestia. De asfaltweg liep langs de rivier Engoeri. We stopten regelmatig om een foto te maken van het uitzicht maar ook om onze benen even te laten rusten en om even in de schaduw te kunnen zitten. De regenbuien en het frisse weer dat we de eerste fietsdagen hadden waren verdwenen en hadden plaatsgemaakt voor een temperatuur die opliep tot bijna 50 graden. Maar het weer kan in Georgië snel omslaan!
Op 35 km voor Mestia vonden we een restaurant waar we onze tent konden opzetten en waar we genoten van een warme douche. Tot Mestia was de weg goed maar daarna kwamen we op een onverharde weg terecht met grote scherpe stenen. Een paar dagen eerder had het hevig gestormd in Svaneti waardoor een gedeelte van de weg Mestia – Lentheki was weggespoeld en een aantal dorpjes voor een paar dagen waren afgesloten van de wereld, zie: dit artikel. Er werd dan ook hard gewerkt om de weg weer begaanbaar te maken.
Gezien het weer en de weersverwachting kozen we in Ushguli voor een hotel. Die avond was het noodweer. We zaten buiten op het terras van een restaurant waar het al donker werd. Prachtige kleuren in de lucht en de bergen. Uiteindelijk belanden we binnen en ging het buiten tekeer. Flitsen, onweer, de steile straten stonden meteen blank, zand spoelde door het water over de straten. Op onze slippers liepen we door de regen naar onze hotelkamer en maakten we ons zorgen of we de volgende dag wel over de Zagaripas naar Lentheki konden fietsen. Het noodweer was zelfs zo hevig dat we in onze hotelkamer een evacuatie rugzak klaarmaakten. Gelukkig werd het rustiger in de nacht.
In Zeda Lia begonnen we aan de klim naar Mestia. De asfaltweg liep langs de rivier Engoeri. We stopten regelmatig om een foto te maken van het uitzicht maar ook om onze benen even te laten rusten en om even in de schaduw te kunnen zitten. De regenbuien en het frisse weer dat we de eerste fietsdagen hadden waren verdwenen en hadden plaatsgemaakt voor een temperatuur die opliep tot bijna 50 graden. Maar het weer kan in Georgië snel omslaan!
Op 35 km voor Mestia vonden we een restaurant waar we onze tent konden opzetten en waar we genoten van een warme douche. Tot Mestia was de weg goed maar daarna kwamen we op een onverharde weg terecht met grote scherpe stenen. Een paar dagen eerder had het hevig gestormd in Svaneti waardoor een gedeelte van de weg Mestia – Lentheki was weggespoeld en een aantal dorpjes voor een paar dagen waren afgesloten van de wereld, zie: dit artikel. Er werd dan ook hard gewerkt om de weg weer begaanbaar te maken.
Gezien het weer en de weersverwachting kozen we in Ushguli voor een hotel. Die avond was het noodweer. We zaten buiten op het terras van een restaurant waar het al donker werd. Prachtige kleuren in de lucht en de bergen. Uiteindelijk belanden we binnen en ging het buiten tekeer. Flitsen, onweer, de steile straten stonden meteen blank, zand spoelde door het water over de straten. Op onze slippers liepen we door de regen naar onze hotelkamer en maakten we ons zorgen of we de volgende dag wel over de Zagaripas naar Lentheki konden fietsen. Het noodweer was zelfs zo hevig dat we in onze hotelkamer een evacuatie rugzak klaarmaakten. Gelukkig werd het rustiger in de nacht.
In de ochtend regende het nog en startten we met de regenkleding aan. Al gauw kregen we het warm en was de binnenkant van jas en broek net zo nat als de buitenkant en trokken we de regenkleding uit. Gelukkig ‘viel de weg niet tegen’ en was de klim naar 2.380 meter slechts 8 km. Het had natuurlijk erg hard geregend en op sommige stukken was veel modder, maar met wat duwen en trekken sloegen we ons daar ook doorheen. Met de remmen ingeknepen daalden we vervolgens af naar Mele. Het uitzicht was prachtig!
We waren op tijd in Mele en daar logeerden we in een Guesthouse. De remblokjes van de fiets van H. waren helemaal op en werden vervangen, wat nog een hele klus was.
Regelmatig werden we aangevallen door honden. Vooral in en na het dorp Mele. Bij een van de aanvallen hebben ze in 2 ortlieb achtertassen gebeten met gaten tot gevolg.
We waren op tijd in Mele en daar logeerden we in een Guesthouse. De remblokjes van de fiets van H. waren helemaal op en werden vervangen, wat nog een hele klus was.
Regelmatig werden we aangevallen door honden. Vooral in en na het dorp Mele. Bij een van de aanvallen hebben ze in 2 ortlieb achtertassen gebeten met gaten tot gevolg.
Gagulechi – Nikortsminda – Rupoti - Satsjchre
Rood, geel of wit?
De toeristische highlights van Georgië zijn allemaal al eens befietst. Op internet zijn deze routes snel te downloaden. Lastiger is het als je van de route wilt afwijken of tijdens de vakantie gaat improviseren. Welke weg nemen we dan: de rode, gele of de witte?
We bestuderen regelmatig de (papieren) kaart en de GPS, voor het uitstippen van de route. We vermijden (zoveel mogelijk) de rode wegen (snelwegen, druk met auto’s). Geel is meestal goed maar kan ook druk zijn, wit is altijd een verrassing.
Bij een witte weg aangekomen bekijken we eerste de conditie van de weg en maken we de keuze. Maar het blijft een gok! Soms is het begin nog geasfalteerd en stopt het asfalt na enkele kilometers abrupt. Hoeveel km is het nog tot een begaanbare weg en niet onbelangrijk, hoe lang moeten we klimmen? Kunnen we inschatten hoe lang we over de onverharde weg moeten fietsen en ook niet onbelangrijk, redden we het wel en hebben we er zin in? De “witte weggetjes” zijn vaak wel de mooiste uitdagingen met prachtige vergezichten over het landschap. Als we op zoek zijn naar een kampeerplek slaan we zo vaak mogelijk een witte weg in.
Na Mele konden we weer genieten van een fijne afdaling op een asfaltweg. Met de zon hoog aan de hemel fietsten we verder naar het zuiden. Tijdens de afdaling kwamen we nog een standbeeld van Stalin tegen. Ook van de stadjes die we op de kaart zien kunnen we van te voren geen inschatting maken. Soms fietsen we door kleine pittoreske stadjes waar we lekker in het park kunnen zitten maar af en toe komen we ook in drukke steden met grote voorsteden, vol met grauwe flatgebouwen uit de jaren ’70 en roestige fabrieken.
Rood, geel of wit?
De toeristische highlights van Georgië zijn allemaal al eens befietst. Op internet zijn deze routes snel te downloaden. Lastiger is het als je van de route wilt afwijken of tijdens de vakantie gaat improviseren. Welke weg nemen we dan: de rode, gele of de witte?
We bestuderen regelmatig de (papieren) kaart en de GPS, voor het uitstippen van de route. We vermijden (zoveel mogelijk) de rode wegen (snelwegen, druk met auto’s). Geel is meestal goed maar kan ook druk zijn, wit is altijd een verrassing.
Bij een witte weg aangekomen bekijken we eerste de conditie van de weg en maken we de keuze. Maar het blijft een gok! Soms is het begin nog geasfalteerd en stopt het asfalt na enkele kilometers abrupt. Hoeveel km is het nog tot een begaanbare weg en niet onbelangrijk, hoe lang moeten we klimmen? Kunnen we inschatten hoe lang we over de onverharde weg moeten fietsen en ook niet onbelangrijk, redden we het wel en hebben we er zin in? De “witte weggetjes” zijn vaak wel de mooiste uitdagingen met prachtige vergezichten over het landschap. Als we op zoek zijn naar een kampeerplek slaan we zo vaak mogelijk een witte weg in.
Na Mele konden we weer genieten van een fijne afdaling op een asfaltweg. Met de zon hoog aan de hemel fietsten we verder naar het zuiden. Tijdens de afdaling kwamen we nog een standbeeld van Stalin tegen. Ook van de stadjes die we op de kaart zien kunnen we van te voren geen inschatting maken. Soms fietsen we door kleine pittoreske stadjes waar we lekker in het park kunnen zitten maar af en toe komen we ook in drukke steden met grote voorsteden, vol met grauwe flatgebouwen uit de jaren ’70 en roestige fabrieken.
Gori – Idleti – Roestavi – Udabno (David Gareji)
Vanuit Satsjchre fietsten we richting de grote weg en naar Gori. Na een stevige klim in de dichte mist kwam er een lange afdaling met de wind in de rug naar Gori. We vonden een mooi hotel in het centrum van de stad, tegenover het Stalin museum. De fietsen mochten in de ketelruimte staan en onze natte tent kon daar uithangen, wat een service!
Na Gori fietsten we richting het zuiden van Georgië. Helaas is het niet mogelijk om Tbilisi te vermijden. In het noorden fietsten we Tbilisi in en na meer dan 2 uur fietsten we de grote stad weer uit. Op zoek naar rust en een kampeerplekje; dat viel niet mee. Rustavi is een stad met veel industrie die zich uitstrekt tot enkele kilometers buiten de stad. Vervallen fabrieksgebouwen, verlaten hallen, een bos aan elektriciteitsmasten en een skyline die wordt gedomineerd door koeltorens en schoorstenen.
En toen op weg naar het klooster van David Gareji. De kaart en de GPS waren niet eenduidig maar we hadden het idee dat we er wel uit zouden komen. Eén van de toeristische hoogtepunten in het zuiden van Georgië, dat zou toch wel aangegeven staan… toch? Inderdaad, in het Georgisch. Een bordje in de middle of nowhere dat wees naar een onverhard pad over een grote open vlakte. Toevallig kwam er een auto. Ja, het was toch echt de weg.
Het was wel afzien, maar een prachtig uitzicht over de vlakte en in de verte de bergen. Als fietser voel je je ontzettend klein. Dit is het grensgebied tussen Georgië en Azerbeidzjan. In de jaren ’90, na de implosie van de Sovjet-Unie, is hier gevochten. Een informatiebord herinnert ons eraan dat het gebied pas sinds enkele jaren vrij is van mijnen.
Na een zeer steile klim aan het einde over een verregend pad, waarbij we de fietsen omhoog moesten duwen, kwamen we plots aan op een prachtige asfaltweg richting het klooster.
Toch blij dat we voor de avontuurlijke weg hadden gekozen. We kwamen aan in de stromende regen. Stoeltjes uitgeklapt onder het afdak bij het toiletgebouw, geluncht en toen het zonnetje er weer voorzichtig door kwam het klooster bezocht. De weg ernaar toe was mooier dan het klooster zelf, maar dat gaf niet. Dat past wel bij onze reisstijl.
Vanuit Satsjchre fietsten we richting de grote weg en naar Gori. Na een stevige klim in de dichte mist kwam er een lange afdaling met de wind in de rug naar Gori. We vonden een mooi hotel in het centrum van de stad, tegenover het Stalin museum. De fietsen mochten in de ketelruimte staan en onze natte tent kon daar uithangen, wat een service!
Na Gori fietsten we richting het zuiden van Georgië. Helaas is het niet mogelijk om Tbilisi te vermijden. In het noorden fietsten we Tbilisi in en na meer dan 2 uur fietsten we de grote stad weer uit. Op zoek naar rust en een kampeerplekje; dat viel niet mee. Rustavi is een stad met veel industrie die zich uitstrekt tot enkele kilometers buiten de stad. Vervallen fabrieksgebouwen, verlaten hallen, een bos aan elektriciteitsmasten en een skyline die wordt gedomineerd door koeltorens en schoorstenen.
En toen op weg naar het klooster van David Gareji. De kaart en de GPS waren niet eenduidig maar we hadden het idee dat we er wel uit zouden komen. Eén van de toeristische hoogtepunten in het zuiden van Georgië, dat zou toch wel aangegeven staan… toch? Inderdaad, in het Georgisch. Een bordje in de middle of nowhere dat wees naar een onverhard pad over een grote open vlakte. Toevallig kwam er een auto. Ja, het was toch echt de weg.
Het was wel afzien, maar een prachtig uitzicht over de vlakte en in de verte de bergen. Als fietser voel je je ontzettend klein. Dit is het grensgebied tussen Georgië en Azerbeidzjan. In de jaren ’90, na de implosie van de Sovjet-Unie, is hier gevochten. Een informatiebord herinnert ons eraan dat het gebied pas sinds enkele jaren vrij is van mijnen.
Na een zeer steile klim aan het einde over een verregend pad, waarbij we de fietsen omhoog moesten duwen, kwamen we plots aan op een prachtige asfaltweg richting het klooster.
Toch blij dat we voor de avontuurlijke weg hadden gekozen. We kwamen aan in de stromende regen. Stoeltjes uitgeklapt onder het afdak bij het toiletgebouw, geluncht en toen het zonnetje er weer voorzichtig door kwam het klooster bezocht. De weg ernaar toe was mooier dan het klooster zelf, maar dat gaf niet. Dat past wel bij onze reisstijl.
Het Stalin museum in Gori
Het Stalinmuseum is sinds de bouw in 1957 weinig veranderd. Een hommage van de in Gori geboren dictator. Een standbeeld van Stalin voor het museum, verschillende borstbeelden en schilderijen waar de persoonsverheerlijking centraal staat. Stalin, samen met Lenin, als kracht achter de revolutie van 1917, als vriendelijke vader van kinderen, opperbevelhebber van het leger in de strijd tegen het Derde Rijk en natuurlijk als leider van het internationale communisme. Een hele zaal staat vol met geschenken die Stalin tijdens zijn bewind kreeg. Daarbij ook een paar rode klompjes die Stalin kreeg aangeboden in 1949 van de Nederlandse kameraden. Is er helemaal niets veranderd? Toch wel, in de kelder van het museum is een hoekje ingeruimd voor de lugubere daden tijdens het schrikbewind. In 4 teksten wordt vermeld dat tijdens de periode van de grote terreur miljoenen Russen het slachtoffer waren. In het museumwinkeltje is ook nog de noodzakelijke merchandise te koop, bijv. shirts met een print van Stalin.
Het Stalinmuseum is sinds de bouw in 1957 weinig veranderd. Een hommage van de in Gori geboren dictator. Een standbeeld van Stalin voor het museum, verschillende borstbeelden en schilderijen waar de persoonsverheerlijking centraal staat. Stalin, samen met Lenin, als kracht achter de revolutie van 1917, als vriendelijke vader van kinderen, opperbevelhebber van het leger in de strijd tegen het Derde Rijk en natuurlijk als leider van het internationale communisme. Een hele zaal staat vol met geschenken die Stalin tijdens zijn bewind kreeg. Daarbij ook een paar rode klompjes die Stalin kreeg aangeboden in 1949 van de Nederlandse kameraden. Is er helemaal niets veranderd? Toch wel, in de kelder van het museum is een hoekje ingeruimd voor de lugubere daden tijdens het schrikbewind. In 4 teksten wordt vermeld dat tijdens de periode van de grote terreur miljoenen Russen het slachtoffer waren. In het museumwinkeltje is ook nog de noodzakelijke merchandise te koop, bijv. shirts met een print van Stalin.
Melaani - Zemo Nashovari – Eniseli – Telavi – Chachkhriala – Devenaantkhevi – Norio – Tblilisi
Door de Georgiërs worden we vaak vriendelijk begroet met een thumbs up. Soms wordt er ook getoeterd. En zo nu en dan krijgen we ook iets in onze handen gestopt: brood, druiven, appels, meloen, sterke drank, wijn, pruimen en zo meer… Zo stonden we langs de weg op zoek naar een kampeerplekje en kregen we van iemand een meloen aangeboden. Een grote meloen van meer dan 5kg neem je niet zo maar even mee op de fiets!
De ochtend erna kregen we ook nog een meloen, 12 (!) komkommers en een flesje sterke drank aangeboden.
De laatste dagen fietsten we door Kacheti, waar veel wijn wordt geproduceerd.
Met een grote boog fietsten we richting Tbilisi.
Door de Georgiërs worden we vaak vriendelijk begroet met een thumbs up. Soms wordt er ook getoeterd. En zo nu en dan krijgen we ook iets in onze handen gestopt: brood, druiven, appels, meloen, sterke drank, wijn, pruimen en zo meer… Zo stonden we langs de weg op zoek naar een kampeerplekje en kregen we van iemand een meloen aangeboden. Een grote meloen van meer dan 5kg neem je niet zo maar even mee op de fiets!
De ochtend erna kregen we ook nog een meloen, 12 (!) komkommers en een flesje sterke drank aangeboden.
De laatste dagen fietsten we door Kacheti, waar veel wijn wordt geproduceerd.
Met een grote boog fietsten we richting Tbilisi.
Tijdens onze reis was Georgië van ‘corona status’ veranderd, dat betekende ook andere regels. Voor aankomst in Nederland was een negatieve PCR test en quarantaine verklaring nodig.
In Tbilisi moesten we dus op zoek naar een PCR test afname locatie. We vonden de Aversi kliniek die 3 locaties heeft in de stad. Tbilisi weer inkomen zonder over de grote wegen te fietsen; dat bleek lastig. We hebben de kaart diverse malen bekeken, maar het ging echt niet. We vonden een overnachtingsplek ‘aan de goede kant van de stad’ zodat we in de ochtend om 10u op de stoep konden staan van de kliniek voor de test. Dat bleek wat omslachtiger. De info op de website klopte niet en op die locatie kon alleen in de middag een test worden afgenomen en de resultaten (die in het Engels moesten) konden niet worden gemaild. Hop, 10 km door de drukke metropool fietsen naar een andere locatie. Daar duurde de administratie en betaling veel langer dan de test zelf, maar uiteindelijk kregen we binnen 24u allebei een negatieve testuitslag in de mail. Klaar dus voor vertrek.
De terugreis verliep prima en de quarantaine periode thuis gebruikten we om de fietsen weer in orde te maken, deze website bij te werken en lekker bij te slapen. We zijn weer opgeladen voor een nieuw schooljaar!
In Tbilisi moesten we dus op zoek naar een PCR test afname locatie. We vonden de Aversi kliniek die 3 locaties heeft in de stad. Tbilisi weer inkomen zonder over de grote wegen te fietsen; dat bleek lastig. We hebben de kaart diverse malen bekeken, maar het ging echt niet. We vonden een overnachtingsplek ‘aan de goede kant van de stad’ zodat we in de ochtend om 10u op de stoep konden staan van de kliniek voor de test. Dat bleek wat omslachtiger. De info op de website klopte niet en op die locatie kon alleen in de middag een test worden afgenomen en de resultaten (die in het Engels moesten) konden niet worden gemaild. Hop, 10 km door de drukke metropool fietsen naar een andere locatie. Daar duurde de administratie en betaling veel langer dan de test zelf, maar uiteindelijk kregen we binnen 24u allebei een negatieve testuitslag in de mail. Klaar dus voor vertrek.
De terugreis verliep prima en de quarantaine periode thuis gebruikten we om de fietsen weer in orde te maken, deze website bij te werken en lekker bij te slapen. We zijn weer opgeladen voor een nieuw schooljaar!